Tegen dichter X

Lome zwingen

Soms heb ik last van drift en blinde haat,
bijvoorbeeld na het lezen van Jacques Perk.
Dat is geen poëzie maar Duivelswerk,
nefastisch en niet zuiver op de graat

Het is geen dichten, maar verdacht geblaat,
een duister vloeken in een lege kerk
Te kort voor mooi, te lang voor op een zerk,
een soort van Willem Kloos in het kwadraat.

Voor mij is al één regel lang genoeg,
zo zweverig, pedant en zo banaal.
Ik tracht zijn verzen steevast te verdringen.

Ik troost me met een biertje in de kroeg
en denk als ik de rekening betaal:
de lauwe wind zweeft aan op lome zwingen.

Peter Knipmeijer

Toelichting: Jacques Perk schreef de sonnettenkrans Mathilde, die de opmaat vormde voor de Beweging van Tachtig. Overleed in 1881 op 22-jarige leeftijd.

Tegen dichter X

Valse noot

voor Daniël Dee

Eén februari tweeduizend zeven,
gepland als de start van de Valse Noot.
De druk op de vier redacteuren was groot:
een weekje te voren, dan zouden ze even

bijeenkomen, voor een soort eerste selectie
en afstemming over wat goed was en fout.
Want hekel- en schimpdichten is al een oud
en beproefd procédé, en dat vraagt om reflectie.

Om twee uur op zaterdag stonden ze klaar:
Benne en Oswald met pen en papieren,
De Roode met crackertjes, koekjes, en bieren,
het huis aan de kant; het moment was daar!

Maar hoe men ook plant, de waarheid is hard:
dichters zijn vals en vaak niet te vertrouwen
ze zuipen zich klem en doen Dingen met vrouwen;
dus de Valse Noot kreeg een valse start.

Want Dee dee nie mee! Hij was niet te bereiken,
liet niets van zich horen. Zelfs niet per mail.
Een kater, een druiper, een cel, een bordeel?
Zat hij met schulden, problemen of lijken?

Jij drankorgel, feestvierder, liet je Gods water
weer al te gul vloeien, al over Gods akker?
Stond er een naald in je arm, toen je wakker
werd zondag, of maandag, of dinsdag, nog later?

Jij dagdief, jij lijntrekker, leegloper, dwaallicht,
jij slampamper, straatslijper, boemelaar, losbol,
jij dichter, maleier, jij hosselaar, flapdrol,
jij drukker, je krijgt ‘m: ons allereerste schimpdicht.

Je collega’s

Door Alexis de Roode